Ingenieursbureau Deltares bedacht een verbluffend simpel idee om twee vliegen in één klap te slaan: het Nationale Gieter Idee. Wordt de Veluwe de watertoren van Nederland?
De Veluwe: zanderig overblijfsel uit de IJstijd
In de goeie ouwe tijd, het Plioceen, trokken grote kuddes grazers door de weelderige oerbossen in Europa. Mensen waren er toen nog niet, de verre voorouders van de mens scharrelden in Afrika hun karige kostje bij elkaar. Nederland, toen ook al een deltagebied, stond bijna helemaal onder water.
Dat was vanaf Nederlands perspectief natuurlijk wat minder, maar gelukkig voor ons, en het Nationale Gieter Idee, braken de ijstijden aan. Tijdens elke ijstijd vormde zich In de loop van tienduizenden jaren een enorme ijsmassa in Scandinavië, die als een enorme muur van ijs, alle losse materiaal voor zich uitduwde richting het zuiden. Hoe enorm deze krachten wel niet waren, kan je zien aan de enorme keien die ze achtergelaten hebben.
In Nederland vormt zich een zanderige delta van smeltwater, met zandafzettingen. De natuurlijke bulldozer van de op een-na-laatste (Saale) ijstijd duwt deze op een hoop. Hiervan kan je sporen zien in Noord en Oost-Nederland. De stuwwallen. De grootste stuwwal is het Veluwemassief. Een enorm dik pakket grof zand, waar eigenlijk alleen bos op kan groeien.


Omdat er veel poriën tussen de zandkorrels zitten, kan je hier veel water in opslaan. De grondwaterspiegel in de Veluwe is erg laag: deze ligt tussen de 15 en 70 m onder de oppervlakte. Dat betekent dat er veel mogelijkheden zijn om hier meer water in op te slaan.
Volgens berekeningen van Deltares kan er 300 miljoen m³ water extra onder de Veluwe worden opgeslagen. Dit is 5% van alle water in het IJsselmeer, 5 miljard m3 in ongeveer een derde van ons totale drinkwaterverbruik. Als bijkomend voordeel wordt ook de hydrologie van de Veluwe sterk verbeterd en droogt de natuur minder uit. Het concept achter het Nationale Gieter Idee is dus zeer welkom in deze dorstige tijd.
Water genoeg in Nederland
Niet alleen valt er in Nederland behoorlijk wat regen, rond 800 mm per jaar. Ook krijgen we heel wat rivierwater binnen, naar schatting zelfs drie keer zoveel als er jaarlijks op Nederland valt.
Het waterprobleem in Nederland is dus meer een opslagprobleem. In de lente pompen waterschappen heel veel water weg richting zee, omdat boeren graag met zware trekkers op het land willen rijden. En dan zit dat water allemaal in de weg.
Het punt, en de reden dat we zoiets als het Nationale Gieter Idee nodig hebben, is alleen dat ze dat water in de zomer bitter hard nodig hebben. Ze lossen dat probleem op door grondwater op te pompen. Maar dit kan niet ongestraft. Er is maar een beperkte hoeveelheid grondwater en bovendien gaat de ondergrond verzakken.
We kunnen dit vraagstuk oplossen door meer rivierwater in de grond te laten infiltreren. Wat dat betreft is de Veluwe geen gekke keus. Zo kunnen we de meest droogtegevoelige delen van Nederland van water voorzien met het Nationale Gieter Idee. Voor wie meer wil weten is er nog dit EenVandaag item.